ROYAL SOUTHERN BROTHERHOOD - BRUSSEL - 16/10/14

Artiest info
Website  
 

BRUSSEL - 16/10/14

recensie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De 'supergroep' Royal Southern Brotherhood ontstond een paar jaar geleden toen Devon Allman, zoon van Gregg Allman, Cyrille Neville (jongste telg uit de Neville Brothers) en Mike Zito samenkwamen in een studio. Samen met Charlie Wooton op bas en Yonrico Scott op drums namen ze een eerste album op, dat een instant hit werd. Ook tijdens optredens was te zien hoe de magische funk van Neville perfect past bij de Allman-blues. Ondertussen zijn er enkele personeelswissels geweest, maar die unieke 'Brotherhood'-sound klinkt nog altijd fris, zeker op het tweede album 'HeartSoulBlood'. Benieuwd wat de mannen ons te vertellen hadden, zaten we met hen samen vlak voor hun laatste optreden in Brussel.

Wat is het verschil tussen het eerste en het tweede album?
Devon Allman: Samenhang. Bij de eerste plaat was onze eerste opnamedag ook de eerste keer dat we samen speelden. We toonden elkaar hoe we wilden dat de songs klonken. Maar, bij het tweede album hadden we al meer dan 500 shows gespeeld, dus iedereen wist hoe het moest, je hoeft niemand nog in vraag te stellen. Ik ben best wel trots op het tweede album.
Cyril Neville: De meeste songs op het tweede album zijn gegroeid uit kleine stukjes die we onderweg schreven, of stukjes die we tijdens soundchecks speelden. Er zit een grote eenheid en een familiegevoel in, en daar hou ik van.
Yonrico Scott: Voor mij persoonlijk voelde het direct goed aan, vanaf het eerste moment. We hoefden niet na te denken, het ging vanzelf. Heel wat materiaal voor het tweede album werd ook in Noorwegen geschreven, terwijl we daar waren. En nu dat Bart Walker erbij is, gaat de groep weer een spannende en nieuwe tijd tegemoet. We evolueren constant. 

Hoever staan jullie met het derde album?
Yonrico Scott: Daar zijn we al mee bezig. Twee dagen nadat we 'HeartSoulBlood' hadden afgewerkt, waren we al aan nieuwe nummers aan het werken. Ik vind dat een goed teken, we zijn bezig met de toekomst. Naar mijn gevoel mag een groep niet stilstaan, het moet vooruitgaan en evolueren.

Is dit omdat jullie elkaar beter kennen ondertussen?
Yonrico Scott: Correct. We leven samen, we luisteren naar elkaar. En om eerlijk te zijn, we zien elkaar ook meer dan onze eigen familie. Maar daarvoor hebben we gekozen. 
Cyril Neville: Verder is er ook de Allman-Neville Brothers connectie. We kunnen die kennis gebruiken in onze eigen show. Ons verleden wordt verweven met het heden. En wat voor mij ook leuk is: ik heb een dochter die dezelfde leeftijd heeft als Bart, een zoon die even oud is als Devon, en een zoon die even oud is als Charlie. Die mannen hier zijn dus ook mijn kinderen. En met Bart er nu bij gaan we een meer funky richting uit, en ik vind dat persoonlijk wel plezant!

Bart, wanneer hoorde je dat ze iemand zochten om Mike Zito te vervangen?
Bart Walker: Dat was in januari 2014. Eerst moest ik lachen, maar toen dacht ik 'hell yeah', en begon hard te werken om op niveau te geraken.
Cyril Neville: Hij is heel ernstig in wat hij doet.

Jullie zijn al een hele tijd, vanin het begin van de groep, volop op tour. Is dat niet vermoeiend soms?
Cyril  Neville: Dat is waar, maar dat hoort er nu bij. Eigenlijk word je op die manier vlugger. En ook al laten we onze geliefden achter, we zijn er ons van bewust dat we veel geluk brengen bij de mensen, door het feit dat wij allemaal talentvol zijn.
Devon Allman: We zijn nu zo'n 4 jaar bezig, en we doen zo'n 275 shows per jaar. Mijn paspoort is tot op de draad versleten, er is gewoon geen plaats meer om stempels te zetten, ik ben vandaag bijna niet door de douane geraakt. En hoe doen we het? Je denkt er niet over na. Het is je werk. Hoe meer je erover denkt, hoe erger het wordt: je mist je thuis, de mensen van wie je houdt, ik mis het koken, of zelf rondrijden. Maar, die 2 uur op het podium zijn het meer dan waard. Onze job is om mensen gelukkig te maken. Ik heb het al eerder gezegd, maar al de kunst en de muziek zijn een tegengewicht voor al de chaos en de slechte dingen in de wereld. Kunst houdt mensen gezond en in balans.

Cyril, 'Rock 'n roll' (is the child of rhythm and blues) is van jouw hand. Vertel daar eens wat meer over.
Cyril Neville: Het is meer dan 'zomaar' een verhaal, het is de waarheid, historisch juist. Alles wat er in die tekst staat is ook gebeurd. Little Ricard, of iemand uit zijn omgeving, wou dat zijn muziek klonk als Fats Domino, en de enige manier om dat te bereiken, was naar New Orleans komen, en muziek opnemen in dezelfde studio (studio Kosmo) en met dezelfde mensen. En de ‘Fatman’ waar ik het over heb, dat is natuurlijk Fats Domino zelf. De tweede strofe gaat over Memphis en over iemand die Colonel Tom Parker heette. De kolonel werkte in een circus, hij was verantwoordelijk voor de freakshow, daar zat onder andere ’s werelds grootste dwerg in, of een pratende aap. Je moest 15 cent betalen om die te zien, en als hij niks zei, kreeg je 5 cent terug! En Colonel Parker had gezegd dat hij een witte jongen zocht die zong als een zwarte, zodat hij een miljoen dollar kon verdienen. Dat hij Elvis rijk zou maken, dat was niet zo belangrkijk voor hem. En dus mixten ze wat rhythm en blues met 'Blue Suede Shoes', en dat veranderde de wereld. Zo begon dus de rock ’n roll. Little Richard zei het al: ‘the blues had a baby and they called it rock ’n roll’.

Is dat nostalgie voor u?
Cyril Neville: Niet echt, want het is deel van mijn DNA. En het is niet alleen Amerikaans muziek, het is de muziek van heel de wereld.

En ‘Callous’, waar gaat dat over?
Cyril Neville: Dat is ook historisch correct.

Draagt u nog steeds eelt op uw ziel?
Cyril Neville: Natuurlijk, en hoe ouder ik word, hoe dikker en harder het wordt. Een tijdje geleden ben ik 66 geworden, maar als zwarte in Amerika mag je gerust zeggen dat je dubbel zo oud bent, opgroeien als zwarte in Amerika is een uitdaging, nog altijd. Alleen de sterken kunnen overleven. Dus eelt komt goed van pas, het beschermt je. Trouwens, die songtitel komt van een boek van een held van mij, Dick Gregory. Zijn biografie heet 'Callous on my Soul'. Hij is een inspiratiebron voor mij. Het lied gaat onder andere over Martin Luther King, en hoe al mijn helden van mij worden weggenomen. Er is ergens in mijn hart een plek die constant pijn doet, want hoe meer de dingen veranderen, hoe meer ze eigenlijk gelijk blijven. 

Word je daar dan niet sterker van?
Cyril Neville: Natuurlijk, ofwel word je er sterker van, ofwel sterf je. En nog iets: al die grote naties zijn nu groot omwille van de slavernij, maar dat durven ze al eens vergeten.

Devon, naar mijn gevoel ben je een melancholisch persoon, althans zo klink je in 'Shoulda Known', 'Groove On' of 'Trapped'.
Devon Allman: Als artiest moet je met al je emoties kunnen omgaan. Daar rekent het publiek op. Het is gewoon menselijk gedrag, begrijp je? Ik denk dat het melancholische komt van het feit dat we zolang onderweg zijn. Een lied zoals 'Shoulda Know' is typische r&b, een liefdeslied.

Misschien zit het melancholische ook in je stem?
Devon Allman: Vind je mijn stem melancholisch? Wel, we zingen tenslotte blues, en of het nu old-school blues is, of een andere variant, er zit altijd pijn in de blues. Ik denk dat je die pijn moet kunnen voelen om die emoties allemaal over te brengen.

Heb je favorieten op het album?
Devon Allman: Wel, het is zoals met kinderen, het is ook moeilijk om op de vraag 'wie is je favoriete kind?' te antwoorden. Maar ik vind 'Groove On' wel geslaagd, er zit heel wat dynamiek in.

Jullie hebben allemaal een solo album opgenomen de laatste jaren. Hoe rijm je dat met Royal Southern Brotherhood?
Devon Allman: Ik vind het geen probleem om verschillende dingen te doen, zolang je maar op het juiste moment met het juiste project bezigbent. En momenteel is dat Royal Southern Brotherhood.  Als ik vrijaf heb, werk ik aan mijn eigen songs, of tour ik rond. Royal Southern Brotherhood is een groep met 5 bandleaders, en dat kom je niet vaak tegen, dus ik wil daar graag bij zijn. Ik kan altijd nog een solo artiest zijn, ik heb dat nog gedaan, en zal dat zeker nog doen.
Cyril Neville: Dat is het leuke aan deze groep, dat we ook ons eigen materiaal kunnen brengen. Ik doe dat ook met songs uit 'Magic Honey', en Devon en Bart ook met hun solomateriaal, en we maken er dan een Royal Southern Brotherhood-versie van.
Bart Walker: Iedereen heeft zijn eigen sound, we maken er een gumbo van, met verschillende delen. Ik vind dat mijn songs nog beter klinken met Royal Southern Brotherhood dan zonder.

Hoe lang gaan jullie nog door?
Cyril Neville: Voor mij mag het blijven duren totdat ik erbij neerval. Zolang mijn longen het volhouden, blijf ik mee aan de kar trekken.

Kathy Van Peteghem

meer foto's